Naar hoofdcontent

Deze week is Maarten begonnen als programmeur

Per 1 april 2019 maakt Maarten Duwel deel uit van het BitWise team. In het verleden heeft hij voor verschillende werkgevers gewerkt zowel in de IT als daarbuiten, en zit nu al een aantal jaar aan de kant van de softwareontwikkeling.

 

Maarten: 'Het formaat van een bedrijf zoals BitWise is voor mij een prettige werkomgeving. Je werkt wel aan software, maar hebt ondertussen ook direct contact met collega’s met een andere achtergrond en andere werkzaamheden die er bij een bedrijf als dit komen kijken.

Ik zie mijzelf als een gezinsman, ondanks dat ik minder thuis ben dan ik zou willen zijn, besteed ik vrijwel alle vrije tijd aan en met mijn gezin. Voor de liefde ben ik 14 jaar geleden vanuit ‘Het Westen’ verhuisd naar deze kant van het land. Ik ben verliefd op de regio geraakt en wil hier nu nooit meer weg.
Nadat ik in Haarlem de middelbare school heb gevolgd, in Amsterdam (Informatica) en Almere (Information Engineering) heb gestudeerd en in Amsterdam heb gewerkt, bevalt mij de ‘rust’ (hènig an) en de natuur van Twente.

Samen met mijn Twentse liefde heb ik 4 jonge kinderen; 3 meisjes en 1 jongen. Dit is ook een van de redenen om dichter bij huis en wat minder te gaan werken. Eerder werkte ik in Oldenzaal, maar dat kostte me dagelijks qua reistijd een beetje te veel. Nu kan ik zonder gehaast elke dag, nadat ik de oudste twee op school heb afgeleverd, lekker op de fiets naar het werk. Daarbij biedt BitWise mij weer een nieuwe uitdagende werkomgeving en een andere invulling van mijn dagelijkse werkzaamheden. Ook hoop ik met mijn ervaring met Scrum bij te kunnen dragen aan een succesvolle herintroductie van het Scrum raamwerk om daarmee het werkplezier van mijn collega’s te kunnen vergroten.

Naast mijn gezin heb ik (helaas) weinig vrije tijd voor hobby’s, maar ik zie nu bijvoorbeeld wel uit naar het laatste seizoen van Game of Thrones. Ik lees graag boeken en speel graag een gezelschapsspelletje. In het verleden heb ik actief aan voetbal gedaan en hoop dat in de toekomst weer op te kunnen pakken zodra we ‘de tropenjaren’ thuis door zijn.'

Print